Piccolo trumpet Solo
Piccolo trumpet + ...
Voor beginners
Componisten

Arrangement voor: Piccolo trumpet Trombone(2) Tuba Piccolo Trompet(2)

Compositie: Te Deum

Componist: Charpentier Marc-Antoine

Arrangeur: Stefan Adams

Download gratis partituren:

Prelude (No.1). For 2 Piccolo Trumpets, 3 Trumpets, 2 Trombones and Tuba (Adams). Full Score PDF 0 MBPrelude (No.1). For 2 Piccolo Trumpets, 3 Trumpets, 2 Trombones and Tuba (Adams). Piccolo Trumpet 1/2/Trumpet 1/2/3 (B PDF 0 MBPrelude (No.1). For 2 Piccolo Trumpets, 3 Trumpets, 2 Trombones and Tuba (Adams). Piccolo Trumpet 1/2/Trumpet 1/2/3 (C) PDF 0 MBPrelude (No.1). For 2 Piccolo Trumpets, 3 Trumpets, 2 Trombones and Tuba (Adams). Trombone 1/2/Tuba PDF 0 MB
Wikipedia
Marc-Antoine Charpentier (Parijs, 1643 - aldaar, 24 februari 1704) was een Frans componist.
Hij was een leerling van Giacomo Carissimi in Rome. Na zijn terugkeer in Parijs werd hij privé-componist voor Maria van Guise (tot haar dood in 1688) en componeerde later voor de Comédie Française, waar hij samenwerkte met Molière. De samenwerking met de toneelgroep ging nog geruime tijd door na Molières dood in 1673. Rond 1688 werd Charpentier componist voor de jezuïeten en in 1698 kapelmeester van de Sainte-Chapelle.
Naast twee opera's en diverse toneelmuzieken schreef Charpentier veel kerkmuziek, onder meer tien missen, een requiem en andere liturgische muziek met instrumentale begeleiding, variërend van enkele instrumenten tot volledig orkest. De Prélude van zijn Te Deum in D groot voor solisten, koor en orkest fungeert sinds jaar en dag voor vele Europese televisiekijkers als herkenningsmelodie van Eurovisie-uitzendingen. De melodie was ook de basis voor de Eurovisiemars voor harmonieorkest. Dit Te Deum componeerde Charpentier ter ere van de Vrede van Nijmegen in 1678 en is mogelijk voor het eerst opgevoerd in de Sint-Stevenskerk.
De werken van Charpentier werden gecatalogeerd door Hugh Wiley Hitchcock in zijn werk: Les Oeuvres de Marc-Antoine Charpentier: Catalogue Raisonné, (Paris: Picard, 1982). Elk werk kreeg als referentie een H-nummer (van Hitchcock) toegewezen.
Pierre Corneille
Philippe Quinault