Componisten

Johannes Brahms

Piano
Stem
Viool
Mixed chorus
Alt
Orkest
Cello
Sopraan
Altviool
Tenor
Lied
Lied
Sonate
Kwartet
Piece
Volksmuziek
Religious music
Canon
Variatie
Romance
op populariteit

#

10 Leichte Stücke nach Liedern (10 Easy Pieces voor songs)12 Deutsche Volkslieder, WoO 35 (12 Duitse volksliederen, WoO 35)12 Lieder and Romances, Op.44 (12 Lieder en Romances, Op.44)13 Canons, Op.11314 Deutsche Volkslieder, WoO 34 (14 Duitse volksliederen, WoO 34)15 Romanzen aus L. Tiecks Magelone, Op.3315 Volkskinderlieder, WoO 312 Gigues, WoO 42 Motets, Op.29 (2 Motetten, Op.29)2 Sarabandes, WoO 528 Deutsche Volkslieder, WoO 32 (28 Duitse volksliederen, WoO 32)3 Duets, Op.203 Intermezzi (3 Interludes)3 Motets, Op.110 (3 Motetten, Op.110)3 Quartets, Op.313 Quartets, Op.643 Sacred Choruses, Op.373 Songs, Op.424 Ballades and Romances, Op.75 (4 Ballades en Romances, Op.75)4 Duets, Op.284 Duets, Op.614 Gesänge, Op.70 (4 Songs, Op.70)4 Lieder, Op.464 Lieder, Op.964 Quartets, Op.924 Songs, Op.17 (4 Nummers, Op.17)4 Songs, Op.43 (4 Nummers, Op.43)49 Deutsche Volkslieder, WoO 33 (49 Duitse volksliederen, WoO 33)5 Duets, Op.665 Lieder, Op.1065 Lieder, Op.1075 Lieder, Op.415 Lieder, Op.475 Lieder, Op.495 Lieder, Op.945 Poems, Op.19 (5 Gedichten, Op.19)5 Romances and Songs, Op.84 (5 Romances en Songs, Op.84)5 Songs, Op.71 (5 Nummers, Op.71)5 Songs, Op.72 (5 Nummers, Op.72)5 Studies, Anh.1a/151 Exercises, WoO 6 (51 Oefeningen, WoO 6)6 Lieder and Romances, Op.93a (6 Lieder en Romances, Op.93a)6 Lieder, Op.856 Lieder, Op.866 Lieder, Op.976 Songs, Op.3 (6 Nummers, Op.3)6 Songs, Op.6 (6 Nummers, Op.6)6 Songs, Op.7 (6 Nummers, Op.7)7 Fantasien, Op.1167 Lieder, Op.487 Lieder, Op.627 Lieder, Op.958 Klavierstücke, Op.76 (8 stukken voor piano, Op.76)8 Lieder and Romances, Op.14 (8 Lieder en Romances, Op.14)8 Lieder and Songs, Op.57 (8 Lieder en Songs, Op.57)8 Lieder and Songs, Op.58 (8 Lieder en Songs, Op.58)8 Lieder and Songs, Op.59 (8 Lieder en Songs, Op.59)9 Lieder and Songs, Op.32 (9 Lieder en Songs, Op.32)9 Lieder and Songs, Op.63 (9 Lieder en Songs, Op.63)9 Songs, Op.69

A

Academic Festival OvertureAlbumblatt für Clara SchumannAlbumblatt in A minorAlto RhapsodyAuserlesene Stücke für Harmonium (Selecteer stukken voor harmonium)Ave Maria, Op.12

B

Ballades, Op. 10Begräbnisgesang, Op.13

C

Cello Sonata No. 1 (Cello Sonata No 1)Cello Sonata No. 2 (Cello Sonata No 2)Chorale Prelude and Fugue on 'O Traurigkeit, o Herzeleid', WoO 7Clarinet Sonata No.2, Op.120 No.2Clarinet SonatasClarinet Trio

D

Dem dunkeln Schoß der heilgen Erde, WoO 20 (De donkere schoot van de heilige aarde, WoO 20)Double Concerto

E

Ein deutsches RequiemEleven Chorale PreludesEllens Zweiter Gesang, Anh 17 (Tweede nummer van Ellen, Anh 17)

F

Fest- und GedenksprücheFour Pieces for Piano, Op. 119Fugue, WoO 8Fünf Gesänge, Op. 104Fünf Lieder , Op. 105

G

Gavotte von Christ. W. GluckGeistliches Lied, Op.30 (Sacred Song, Op.30)Gesang der Parzen (Song of the Fates)Grausam erweiset sich Amor, WoO 24 (Wreed aan Cupido, WoO 24 gij)

H

Horn Trio

J

Johannes Brahms im Briefwechsel mit Franz Wüllner (Johannes Brahms in correspondentie met Franz Wüllner)

K

KlarinetkwintetKlavierwerkeKleine Hochzeits-Kantate, WoO 16 (Kleine Bruiloft Cantata, WoO 16)

L

Liebeslieder Waltzes, Op. 52

M

Marienlieder, Op.22Mir lächelt kein Frühling, WoO 25 (Mir glimlacht geen lente, WoO 25)Missa canonica, WoO 18Mondnacht, WoO 21

N

Nänie (Nanie)Neue Liebeslieder

O

O wie sanft!, WoO 26

P

Piano Quartet No. 1 (Piano Quartet No 1)Piano Quartet No. 2 (Piano Quartet No 2)Piano Quartet No. 3Piano QuintetPiano Sonata No. 1 (Piano Sonata No 1)Piano Sonata No. 2 (Piano Sonata No 2)Piano Sonata No. 3 (Piano Sonata No 3)Piano Trio in A majorPiano Trio No. 1 (Piano Trio No 1)Piano Trio No. 2 (Piano Trio No 2)Piano Trio No. 3 (Piano Trio No 3)Pianoconcert nr. 1Pianoconcert nr. 2Prelude and Fugue, WoO 10Prelude and Fugue, WoO 9Psalm 13, Op.27

R

Regenlied, WoO 23Rhapsodies, Op. 79Rinaldo

S

Sämtliche Werke (Complete Works)Scherzo, Op.4SchicksalsliedSerenade No.2, Op.16SerenadesSix Pieces for Piano, Op. 118 (Zes Pieces for Piano, Op. 118)Sixteen Waltzes, Op. 39Sonata for 2 Pianos, Op.34b (Sonate voor 2 piano's, Op.34b)Souvenir de la Russie, Anh.4/6Spruch, WoO 27String Quartet No. 3 (Strijkkwartet nr. 3)String Quartet No.1, Op.51 No.1String Quartet No.2, Op.51 No.2String Quintet No. 1String Quintet No. 2 (String Quintet No 2)String Sextet No. 1 (String Sextet nr. 1)String Sextet No. 2Study for the Left Hand, Anh.4/2Symfonie nr. 1Symfonie nr. 2Symfonie nr. 3Symfonie nr. 4

T

Tafellied, Op.93bTheme and Variations, Op.18bThree Intermezzi for piano, Op. 117Töne, lindernder Klang, WoO 28Tragic Overture (Tragische Ouverture)TriumphliedTwo Motets, Op. 74Two Songs for Voice, Viola and Piano

V

Variations and Fugue on a Theme by HandelVariations on a Hungarian Song, Op.21 No.2 (Variaties op een Hongaars Song, Op.21 No.2)Variations on a Theme by Haydn (Variaties op een thema van Haydn)Variations on a Theme by Robert Schumann, Op.23 (Variaties op een thema van Robert Schumann, Op.23)Variations on a Theme by Robert Schumann, Op.9 (Variaties op een thema van Robert Schumann, Op.9)Variations on a Theme of Paganini (Variaties op een thema van Paganini)Variations on an Original Theme, Op.21 No.1Vier ernste Gesänge (Vier Serious Songs)Violin Sonata No. 1 (Violin Sonata No 1)Violin Sonata No. 2 (Violin Sonata No 2)Violin Sonata No. 3 (Violin Sonata No 3)Vioolconcert

W

Wann?, WoO 29

Z

ZigeunerliederZigeunerlieder, Op.103Zu Rauch, WoO 30 (Om te roken, WoO 30)
Wikipedia
Johannes Brahms (Hamburg, 7 mei 1833 - Wenen, 3 april 1897) was een Duitse componist, dirigent, organist en pianist.
Brahms werd geboren in een sloppenwijk van Hamburg. Hij was de zoon van een muzikant die in cafés hoorn en contrabas speelde, en een kleermaakster. Zijn ouders zagen al snel zijn grote muzikale talenten en hij kreeg op zijn zevende jaar pianoles van Otto Friedrich Cossel. Toen hij tien jaar oud was, speelde hij de pianopartij in het pianokwintet opus 16 van Ludwig van Beethoven. Dit optreden werd bijgewoond door een Amerikaanse impresario, die veel geld bood voor een tournee in de Verenigde Staten van dit wonderkind. Onder druk van zijn pianoleraar, die bang was dat het talent zich door dit plan niet verder zou ontwikkelen, ging de tournee niet door. Johannes kreeg daarop gratis les van Eduard Marxsen, de beste pianoleraar van Hamburg.
Brahms moest, toen hij ongeveer dertien jaar was, om zijn ouders te steunen in hun voortdurende strijd tegen de armoede, populaire muziek spelen in kroegen en bordelen. Ondertussen las hij poëzie van onder anderen Novalis en Hölderlin om te ontsnappen aan het werk dat hem tegenstond. In deze periode arrangeerde en componeerde hij populaire salonmuziek voor piano-vierhandig: de manier in die tijd om amusementsmuziek in huiskamers ten gehore te kunnen brengen.
Op zijn vijftiende begon Brahms volksliedjes te verzamelen en te bewerken, en in 1851 kwam zijn eerste officiële werk tot stand, het Scherzo in es-klein (opus 4). Vlak daarna volgden zijn pianosonates in C (opus 1) en in fis-klein (opus 2): werken die Robert Schumann later zou kwalificeren als 'versluierde symfonieën'.
In 1853 ging Brahms samen met de Hongaarse violist Eduard Reményi op tournee, waarbij hij in Düsseldorf Robert Schumann en diens vrouw Clara ontmoette. Dankzij de lovende kritiek van de zeer invloedrijke Robert Schumann was Brahms' naam gemaakt. Brahms maakte van nabij mee dat Schumann een eind aan zijn leven wilde maken door zich in de Rijn te werpen. Schumann werd in een kliniek opgenomen en stierf in 1856. Brahms bleef innig bevriend met Clara Schumann tot haar overlijden in 1896.
Brahms dirigeerde veel, voornamelijk zijn eigen muziek, maar ook muziek van Bach en veel koormuziek. In de jaren 1856 tot 1858 werkte hij in Detmold aan het prinselijk hoftheater. Hij dirigeerde daar het koor en soms ook het orkest. In die periode gaf hij pianolessen aan prinses Friederike, een zuster van vorst Leopold III van Lippe. Hij was in 1863 in Wenen dirigent van de Singakademie en gaf concerten met werken van Bach, Schumann, Beethoven en volksliederen in eigen bewerking.
In 1860 ondertekende Brahms, samen met onder andere Eduard Hanslick en Theodor Billroth, een manifest tegen de Nieuwduitse muziek, een stroming waarvan onder anderen Richard Wagner en Franz Liszt de grote figuren waren. Brahms en zijn medeondertekenaars maakten zich hiermee niet geliefd bij de modernisten. Hij voelde zich meer thuis in de klassieke traditie van Bach, Mozart, Haydn, Beethoven en Schubert. In 1862 verhuisde hij naar Wenen.
Na de dood van zijn moeder in 1866, een gebeurtenis die hem zeer aangreep, componeerde hij "Ein deutsches Requiem", een oratorium over lijden en troost. Voor dit gigantische muziekstuk maakte hij gebruik van teksten in de vertaling van Maarten Luther van de Bijbel, in plaats van de gebruikelijke Latijnse dodenmis. Hij had het stuk achteraf liever het "Requiem van de Mens" willen noemen. Delen van "Ein deutsches Requiem" werden op Goede Vrijdag in 1868 met groot succes opgevoerd in de Domkerk van Bremen. Het complete werk van zeven delen ging onder leiding van Carl Reinecke op 18 februari 1869 in première in het Gewandhaus in Leipzig. Na '"Ein deutsches Requiem" componeerde Brahms onder meer "Rinaldo", een ander groot muziekstuk voor koor en orkest, gebaseerd op teksten van Goethe.
In 1876 voltooide hij zijn eerste symfonie, een compositie waaraan hij meer dan twintig jaar had gewerkt. Deze symfonie kreeg in Wenen de bijnaam "Beethovens tiende". Hoewel Brahms het aanvankelijk wel vleiend vond om als de erfgenaam van Beethoven te worden gezien, begon hij het later toch hinderlijk te vinden.
Op symfonisch gebied werd Brahms in Wenen tegenover Anton Bruckner gesteld. Bruckner vertegenwoordigde volgens de 'Brahmsianen’ de 'wagneriaanse' symfonie. Brahms werd door de Bruckneraanhangers (onder anderen Gustav Mahler en Hugo Wolf) als conservatief bestempeld. Beide musici verschilden op alle vlakken van elkaar (behalve dat zij hetzelfde lievelingsgerecht gehad zouden hebben). Onbedoeld werden beide meesters mikpunt van elkaars tegenstanders. Overigens leed Brahms er minder onder dan Bruckner. In zijn overige drie symfonieën wist Brahms een veel persoonlijker stijl te vinden. Deze werken kwamen in veel kortere tijd tot stand dan zijn eersteling.
Brahms raakte door zijn successen in goeden doen, maar leefde altijd eenvoudig. Hij schonk geld aan veelbelovende musici, zoals Antonín Dvořák, en ondersteunde zijn familie en Clara Schumann. Mede door zijn botte manier van optreden maakte Brahms veel vijanden, maar hij had ook veel vrienden.
Hoewel Brahms weinig ziek was, speculeerde Mitchell Margolis in een artikel uit 2000 in het Amerikaanse wetenschappelijke medische tijdschrift Chest dat Brahms mogelijk aan obstructieve slaapapneu leed.
Hij overleed, 63 jaar oud, op 3 april 1897 aan leverkanker in Wenen. Zijn begrafenis was een grootse gebeurtenis. Op de route naar de begraafplaats stonden duizenden mensen. De stoet werd geflankeerd door vlaggen en toortsen. De kist werd gevolgd door vele vrienden, onder wie Antonín Dvořák en Alice Barbi. Het gebouw van de Wiener Musikverein was behangen met zwarte doeken. Brahms' compositie "Fahr wohl" werd door de Singverein uitgevoerd. De laatste rustplaats van de componist is vlak bij die van Beethoven en Schubert. Ook Hamburg, zijn geboortestad, treurde: tijdens de begrafenis hingen daar de vlaggen halfstok.
Brahms' oeuvre is zeer omvangrijk, hoewel veel ervan door de perfectionistische componist zelf is vernietigd. Hij schreef vier symfonieën, twee serenades en twee pianoconcerten (zie Pianoconcert nr. 1 en Pianoconcert nr. 2), een vioolconcert en een dubbelconcert voor viool en cello, ongeveer 330 liederen, kamermuziek (sonates voor viool, cello en klarinet; strijkkwartetten, -kwintetten en -sextetten; muziek voor piano solo), en hij bewerkte muziek van Händel, Schubert en Bach.
Brahms' muziek wordt gerekend tot de late romantiek, waarin veel volkse invloeden te vinden zijn. Tot zijn bekendere werken behoren de "Hongaarse dansen" en "Ein deutsches Requiem".
Hoewel hij een van de laatsten der grote romantici was, was hij sterk georiënteerd op de classicistische stijl van de Eerste Weense School: Mozart, Haydn en Beethoven. Hij dweepte met Beethoven en Bach, geloofde in de conventionele vorm en structuur en was een tegenstander van de 'rebelse' Wagner en Liszt, en wat zij 'de muziek van de toekomst' noemden. Op latere leeftijd waagde hij het om te ontsnappen aan de classicistische conventies die hijzelf had aangehangen en met zijn composities bekrachtigd. Zo kreeg de finale van de vierde symfonie de vorm van een chaconne, ontleend aan een (vroege) cantate van J.S. Bach. Dit kwam hem uit eigen kring op forse kritiek te staan.
Er zijn verschillende musea over het leven en werk van Brahms. In Duitsland staat in Lübeck het wetenschappelijke Brahms-Institut met vooral documentatiemateriaal, in Hamburg het Brahms-Museum, in Heide in Sleeswijk-Holstein het Brahms-Haus en in Baden-Baden nog een Brahms-Haus. In Oostenrijk staat verder nog het Brahms-Museum in Mürzzuschlag. Daarnaast is er in het Haydn-Haus in Wenen een kamer gewijd aan Brahms.
Haendel · Lulli · Scarlatti · Mozart · Cherubini · Weber · Berlioz · Chopin · Liszt · Wagner · Gounod · Reincken · Schuijt · Obrecht · Sweelinck · Orl. Lassus · Clemens n.P. · Wanning · Brahms · Rubinstein · Niels Gade · Verhulst · Schumann · Mendelssohn · Schubert · Spohr · v. Beethoven · Haydn · Bach · Strawinsky · Pijper · Ravel · Reger · Wagenaar · Tschaikovsky · Zweers · Bruckner · Mahler · Franck · Diepenbrock · Debussy · Dopper · Rich. Strauss · Röntgen · Bartók · Dvořák